FANtv-nl-logo-mobile

verjaring

  • willem.s
  • Onderwerp Auteur
  • Bezoeker
  • Bezoeker
22 mrt 2006 19:00 #1 door willem.s
verjaring werd gestart door willem.s
weet iemand of er verjaringstermijn/gewoontercht bestaat voor grond en een schutting/erfafscheiding?


In 2002 "hier" komen wonen, de oude brede ligusterhaag weg gehaald, en op precies dezelfde plek een houtsnipper-gevulde erfafscheiding neergezet.


sterker nog: die haag was 1 m¹ breed, de nieuwe 12 cm.


nu eist de gemeente dat we de "in gebruik genomen"grond grond gaan kopen, inkl. een strook naar de straat vóór het huis. ( om het mooi "strokend" te maken, dus zonder inhammen)


Dit geintje zal ons dan € 2700,= gaan kosten, excl. btw én notaris !!!


De vorige bewoners én die daarvoor hebben dus de grond in gebruik genomen, en moeten wij hier nu voor boeten?


willem.

Gelieve Inloggen om deel te nemen aan het gesprek.

  • JoWilly
  • Bezoeker
  • Bezoeker
22 mrt 2006 19:37 #2 door JoWilly
Beantwoord door JoWilly in topic verjaring

weet iemand of er verjaringstermijn/gewoontercht bestaat voor grond en een schutting/erfafscheiding?


Volgens mij is dat 'JA'; een onderbouwing heb ik niet voor je direct.[img]smileys/smiley5.gif[/img]

Moeten we nog even uitzoeken...

Gelieve Inloggen om deel te nemen aan het gesprek.

  • JoWilly
  • Bezoeker
  • Bezoeker
22 mrt 2006 19:51 #3 door JoWilly
Beantwoord door JoWilly in topic verjaring
Nou ff gezocht en wellicht wat gevonden...

bron: rechtspraak.nl schreef : LJN: AS5064, Rechtbank Arnhem, 108674

Datum uitspraak: 22-12-2004
Datum publicatie: 04-02-2005
Rechtsgebied: Handelszaak
Soort procedure: Eerste aanleg - enkelvoudig
Inhoudsindicatie: Burenrecht; Erfgrens; Verjaring; Erfafscheiding

UitspraakRechtbank Arnhem
Sector civiel recht


Zaak-/rolnummer: 108674 / HA ZA 04-83
Datum vonnis: 22 december 2004


Vonnis

in de zaak van

1. [eiser],
2. [eiseres],
beiden wonende te [woonplaats],
eisers,
procureur mr. C. van Zalingen te Nijkerk,
advocaat mr. T.P.M. Kouwenaar te 's-Hertogenbosch,

tegen

[gedaagde],
wonende te [woonplaats],
gedaagde,
procureur mr. J.C.N.B. Kaal te Arnhem,
advocaat mr. E.P.M. Smit te Vught.


Het verloop van de procedure

Voor
het eerdere verloop van de procedure wordt verwezen naar het
tussenvonnis van 12 mei 2004. De daarop gehouden comparitie van
partijen ter plaatse, waarvan het proces-verbaal zich bij de stukken
bevindt, heeft niet tot overeenstemming geleid. Vervolgens hebben
[eiser] en [eiseres] bij akte vier producties in het geding gebracht,
waarop [gedaagde] onder overlegging van acht producties heeft
gereageerd. Vervolgens is vonnis bepaald.


De vaststaande feiten

1.1 [eiser]
en [eiseres] hebben op 19 december 2001 van [betrokkene 2] gekocht en
geleverd gekregen het woonhuis c.a. te [woonplaats] aan de [adres],
kadastraal bekend gemeente Maasdriel, sectie K, nr. 3496. Zij wonen
naast [gedaagde], die eigenaar is van het perceel [adres] 13A met
woning, kadastraal bekend gemeente Maasdriel, sectie K, nr. 3497.

1.2 De
beide percelen waren eerder in een hand. De toenmalige eigenaar was
[betrokkene 1], de vader van [gedaagde], de gedaagde in deze procedure.
Achter de beide percelen bevindt zich het aan de gemeente in eigendom
toebehorende perceel 2480, bestaande uit grond en water langs de oever
van de dode Maasarm. [betrokkene 1] had van dat perceel het deel recht
achter het zijne van de gemeente gehuurd. Hij had eerder aan zijn zoon
verkocht en heeft bij akte van 14 september 1987 in eigendom
overgedragen een perceel (2879 oud gedeeltelijk )tuin en oprit, waarop
nadien de woning [adres] 13A is gebouwd.

1.3 Het resterende
gedeelte met het woonhuis [adres] 13 is op 30 juni 1987 verkocht en bij
akte van 11 februari 1988 in eigendom overgedragen aan [betr[betrokkene
2], de rechtsvoorganger van [eiser] en [eiseres]. Onder de bepalingen
en bedingen in die akte is opgenomen onder:

D. De grens tussen
het bij deze akte verkochte en het bij akte, veertien september
negentien honderd zeven en tachtig voor mij, notaris, verleden, aan de
zoon van de verkoper, de heer [gedaagde], krachtens verkoop in eigendom
overgedragen gedeelte van voormeld kadastraal perceel, zal zo spoedig
mogelijk in onderling overleg en voor gezamenlijke rekening van
partijen van een deugdelijke afrastering worden voorzien, evenals de
achtergrens van het aan de voornoemde heer [gedaagde] overgedragen
perceelsgedeelte met het gemeente-eigendom; op gelijke wijze zal bij de
achter het perceel gelegen hellingbaan een dubbele poort worden
geplaatst.

G. De verkoper zal uiterlijk een maand na heden de
pacht van een strook grond, gelegen aan de achterzijde van het aan de
heer [betrokkene 2] verkochte en van het door hem aan zijn genoemde
zoon verkochte deel van het perceel opzeggen, voorzover en indien de
gemeente deze strook grond gedeeltelijk aan de heer [betrokkene 2] en
gedeeltelijk aan de heer [gedaagde] wil verpachten. Deze strook grond
loopt vanaf de perceelsgrens met het perceel [adres] 11 langs de
Maasoever tot aan de krib aan de andere zijde, inclusief de hellingbaan
en vanaf de noordzijde krib tot aan de langsas van de krib voor het aan
de heer [gedaagde] overgedragen deel.

H. Indien de gemeente
niet tot de sub G genoemde verpachting aan de heer [betrokkene 2] en
aan de heer [gedaagde] wil overgaan, zal de verkoper het bedoelde stuk
grond aan de heer [betrokkene 2] en aan zijn genoemde zoon in gebruik
geven, zulks onder verrekening van de door de verkoper betaalde pacht.

1.4 Bij
onderhandse akte van eveneens 11 februari 1988 heeft [gedaagde] aan
[betrokkene 2] het recht verleend om vanaf de [adres] naar de
hellingbaan (die afloopt naar de rivier) en omgekeerd zijn
pleziervaartuig met een auto met aanhangwagen of andere wijze te
vervoeren, terwijl [betrokkene 2] aan [gedaagde] het recht heeft
verleend van die hellingbaan, gelegen op bij hem in gebruik zijnde
gemeente-eigendom, gebruik te maken. Deze rechten zijn eenmaal
overdraagbaar verklaard.

1.5 De gemeente heeft ingestemd met
het verzoek van [betrokkene 1] de met pacht aangeduide huurovereenkomst
met hem te beëindigen en aan [betrokkene 2] te verhuren het gedeelte
vanaf de perceelsgrens met [adres] 11 langs de Maasoever met de
hellingbaan tot aan de noordwestzijde van de krib en aan [gedaagde] het
gedeelte vanaf de noordwestzijde van de krib tot aan de langsas van
deze krib.

1.6 Op 29 juni 1990 hebben [gedaagde] en [betrokkene
3] de gemeenschappelijke erfgrens aan de landmeter van het kadaster
aangewezen. Het resultaat daarvan is neergelegd in veldwerk 370 en de
coördinatenlijst 396. Het een en ander is verwerkt in de kadastrale
kaart, die voor een beter begrip van deze zaak aan dit vonnis is
gehecht.

1.7 Tussen [eiser] en [eiseres] enerzijds en
[gedaagde] anderzijds is verschil van mening ontstaan over het verloop
van de eigendomsgrens tussen hun percelen en over het verloop van de
grens tussen de door de partijen van de gemeente gehuurde strook.
Desgevraagd heeft de gemeente aan [betrokkene 2] bij brief van 29
november 2001 onder toezending van een situatietekening inlichtingen
met betrekking tot de door hem gehuurde grond gegeven. Aan [eiser]
heeft de gemeente op 5 februari 2002 een verhuurbeslissing met
bijgevoegde tekening ter ondertekening toegezonden. Bij brief van 25
maart 2002 heeft de gemeente aan [eiser] een nieuwe situatietekening
gezonden, waarin de grens tussen de beide perceelsgedeelten in het
nadeel van [eiser] is verschoven.


Het geschil

2. [eiser]
en [eiseres] vorderen een verklaring voor recht (1) dat de grens tussen
het aan hen in eigendom toebehorende perceel 3496 enerzijds en het aan
[gedaagde] in eigendom toebehorende perceel 3497 anderzijds loopt
overeenkomstig - zakelijk samengevat - de kadastrale grens, althans die
grens op een in goede justitie te bepalen wijze vast te stellen, met
veroordeling van [gedaagde] om te gehengen en te gedogen en daartoe mee
te werken, dat op die aldus in rechte vast te stellen grens tussen de
erven een scheidsmuur of andere afscheiding wordt opgericht, en te
bepalen dat de partijen voor gelijke delen in de kosten van die
afscheiding dienen bij te dragen, alsmede een verklaring voor recht (2)
dat tussen de partijen dient te gelden dat de grens tussen de door
ieder van hen van de gemeente gehuurde percelen loopt overeenkomstig de
situatietekening bij de brief van de gemeente van 27 november 2001,
althans dat die grens loopt volgens de situatietekening die bij de
brief van de gemeente van 5 februari 2002 is gevoegd, althans die grens
door de rechtbank in goede justitie te bepalen, alsook [gedaagde] te
verbieden zonder hun toestemming gebruik te maken van de gemeentegrond,
die is gelegen (noord)westelijk van die aldus te bepalen grens, kosten
rechtens.

[eiser] en [eiseres] baseren hun vorderingen op de
vaststaande feiten. Subsidiair doen zij een beroep op de verjaring. Zij
stellen belang te hebben bij een veroordeling van [gedaagde] het
aanbrengen van een muur of afrastering op de erfgrens te gehengen en te
gedogen.

[gedaagde] voert gemotiveerd verweer.


De beoordeling van het geschil

3 Tijdens
de comparitie van partijen is afgesproken het kadaster te vragen de
gemeenschappelijke kadastrale grens in het veld uit te zetten en dat
ook te doen met de grens tussen de beide erven en de gemeentegrond. De
landmeter heeft de grenzen op 2 september 2004 gereconstrueerd. Nu deze
overeenkomstig de eerdere veldwerken (370 voor de grens tussen de
percelen 3496 en 3497 en 161 voor de grens met de gemeentegrond) zijn
aangewezen, staat vast dat de kadastrale grens tussen 3496 en 3497 naar
aanleiding van de aanwijs op 29 juni 1990 na een lichte knik (meetpunt
30) na meetpunt 32 niet doorloopt tot de gemeentegrens, maar in
zuidoostelijke richting afbuigt. [gedaagde] meent dat de juridische
grens wel rechtdoor loopt, omdat dat de bedoeling van zijn vader en
[betrokkene 2] is geweest, waartoe hij enkele stukken uit het dossier
van de behandelende notaris in het geding heeft gebracht.

4 Voorop
wordt gesteld dat de aanwijs van 29 juni 1990 niet betrof de aanwijzing
van de grens met de gemeentegrond. Een vertegenwoordiger van de
gemeente is bij de aanwijs dan ook niet aanwezig geweest. Door
[gedaagde] is onder meer overgelegd een door [betrokkene 1] en
[betrokkene 2] voor akkoord getekende situatieschets van slechte
kwaliteit (productie 3 conclusie van antwoord), alsmede een beter
exemplaar van dezelfde schets met daarop leesbare aantekeningen van
[betrokkene 1] (productie 4 conclusie van antwoord).
[eiser] en
[eiseres] hebben niet weersproken dat [betrokkene 2] de situatieschets
met de daarop gestelde aantekeningen voor akkoord heeft getekend, zodat
daarvan in deze procedure kan worden uitgegaan. Uit het op de beide
schetsen weergegeven verloop van de erfgrens tussen de punten A-B-C
volgt al voldoende dat het de bedoeling van [betrokkene 1] en
[betrokkene 2] is geweest de grens na meetpunt 32 door te trekken tot
de gemeentegrens en niet eerder te laten afbuigen. De aantekening dat
punt C het snijpunt met de gemeentegrens is, bevestigt zulks. Anders
dan [eiser] en [eiseres] menen lag het bereiken van de hellingbaan op
gemeentegrond over eigen grond niet in de rede. De toegankelijkheid van
de hellingbaan was door het op 11 februari 1988 aan [betrokkene 2]
verleende recht aan overpad verzekerd. Daarnaast valt het eerst door
[betrokkene 2] van de gemeente gehuurde gedeelte rechtstreeks te
bereiken vanaf het perceel dat nu van [eiser] en [eiseres] is. Op grond
van dit alles moet worden aangenomen dat [betrokkene 1] en [betrokkene
2] de eigendomsgrens hebben vastgesteld zoals aangegeven op de door
[gedaagde] overgelegde situatieschetsen.

De verklaring van
[betrokkene 2] en zijn echtgenote van 15 december 2002 leidt niet tot
een ander oordeel. Daarin gaat het in het bijzonder over de grens
tussen de door de gemeente aan hen respectievelijk [gedaagde] verhuurde
grond in verband met het verlangen van [betrokkene 2] over het hele
strand en de halve krib te kunnen beschikken. Over de eigendomsgrens
tussen percelen 3496 en 3497 worden in de verklaring geen mededelingen
gedaan.

jouw vraag? schreef : 5 Nu is vastgesteld dat de feitelijke eigendomsgrens
anders loopt dan de kadastrale grens, komt het subsidiaire beroep op
verjaring van [eiser] en [eiseres] aan de orde. Zij voeren in dat
verband aan dat zij cq. hun rechtsvoorganger [betrokkene 2] het
desbetreffende stuk grond langer dan 10 jaar onafgebroken in bezit
hebben gehad. Daarmee hebben zij kennelijk het oog op de verkrijgende
verjaring van art. 3:99 BW.

Dit beroep faalt, nu de daarvoor vereiste
goede trouw in elk geval bij [betrokkene 2] heeft ontbroken, die op
grond van de hiervoor aangenomen met [betrokkene 1] gemaakte afspraak
over het verloop van de erfgrens wist en ook behoorde te weten dat het
aan de andere kant van de grens gelegen stukje grond hem niet eigendom
toebehoorde.

6 Tegen de vordering van [eiser] en Van deer Veen
mee te werken aan het oprichten van een scheidsmuur of andere
afscheiding op de eigendomsgrens heeft [gedaagde] ingebracht dat
daarvoor geen juridische grondslag bestaat. Dat verweer is onjuist, nu
die grondslag kan worden gevonden in het bepaalde van art. 5:49 BW. Bij
gebreke van enig ander verweer is de vordering toewijsbaar voor zover
er op de eigendomsgrens nog geen afscheiding aanwezig is. Zoals de
rechter ter plaatse heeft waargenomen en op de aanwijs van 2 september
2004 ook is aangetekend, bevindt zich op de grens vanaf de voorzijde
gezien eerst een haag en in aansluiting daarop een raster. Nu een
concretisering van de verlangde afscheiding ontbreekt, wordt de
vordering aldus begrepen dat geen vervanging van de haag en het daarop
aansluitende raster zoals dat tot meetpunt 32 op de grens aanwezig is,
wordt verlangd. De vordering is daarom toewijsbaar voor het oprichten
van een afscheiding in het verlengde van het bestaande raster tussen de
meetpunten 30 en 32 tot de gemeentegrens. Het ligt voor de hand dat dan
gekozen wordt voor een raster van soortgelijke makelij als er al staat,
waarvan de kosten dan bij helfte door ieder van de partijen zullen
moeten worden gedragen.

7 In het tweede onderdeel van hun
vordering kunnen [eiser] en [eiseres] wegens het ontbreken van een
rechtens relevant belang niet worden ontvangen, omdat de gemeente niet
bij deze procedure is betrokken en aan een daarin gegeven oordeel over
het verloop van de grens van het verhuurde niet zal zijn gebonden.

8 Met
uitzondering van de vordering met betrekking tot de afscheiding zullen
de vorderingen van [eiser] en [eiseres] moeten worden afgewezen. Zij
zijn de overwegend in het ongelijk gestelde partij en zullen daarom in
de kosten van deze procedure worden veroordeeld.


De beslissing

De rechtbank,

veroordeelt
[gedaagde] mee te werken aan de oprichting van een raster gelijk aan
het al bestaande raster, tenzij de partijen het over een andere
uitvoering eens worden, op de grens van hun erven in het verlengde van
het al bestaande raster tussen de meetpunten 30 en 32 van de aanwijs
van 2 september 2004 (nr. 596) tot de gemeentegrond (perceel 2880),

verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,

wijst de vorderingen van [eiser] en [eiseres] voor het overige af,

veroordeelt [eiser] en [eiseres] in de kosten van deze procedure, tot op heden aan de zijde van [gedaagde] bepaald op
€ 1.335,00 waarvan € 205,-- wegens verschotten en € 1.130,00 wegens salaris procureur.


Dit vonnis is gewezen door mr. D. van Driel van Wageningen en uitgesproken in het openbaar op 22 december 2004.


de griffier de rechter


NB: Heb even snel doorgelezen, dus pin me er niet aan vast.[img]smileys/smiley2.gif[/img]

JoWilly38798.9542013889

Gelieve Inloggen om deel te nemen aan het gesprek.

Lees meer
22 mrt 2006 20:05 #4 door Anne-Marie
Beantwoord door Anne-Marie in topic verjaring
Raar


www.rijdenderechter.nl/uitspraken72.html


geeft:


Ingevolge het bepaalde in artikel 3.306 van het Burgerlijk Wetboek verjaarde dat recht immers na verloop van 20 jaren, waarna de eigendom overging op de bezitter van die strook grond. Ik stel vast dat voldoende is gebleken, dat die termijn al lang was verlopen toen partijen om dit bindend advies vroegen.


Daar wordt dus 20 jaar aangegeven.

Gelieve Inloggen om deel te nemen aan het gesprek.

  • JoWilly
  • Bezoeker
  • Bezoeker
22 mrt 2006 20:08 #5 door JoWilly
Beantwoord door JoWilly in topic verjaring

Raar


Waarschijnlijk omdat het 2 verschillende artikelen zijn?

art. 3:99 BW en art 3.306 BW

Wordt dus nader uitzoeken..[img]smileys/smiley5.gif[/img]

Gelieve Inloggen om deel te nemen aan het gesprek.

  • JoWilly
  • Bezoeker
  • Bezoeker
22 mrt 2006 20:22 #6 door JoWilly
Beantwoord door JoWilly in topic verjaring
Het volgende wordt door het Wetboek geschreven..

Artikel 99, BW3, Boek 3, Titel 4, Afdeling 3

1.


Rechten op roerende zaken die niet-registergoederen zijn, en
rechten aan toonder of order worden door een bezitter te goeder trouw
verkregen door een onafgebroken bezit van drie jaren, andere goederen
door een onafgebroken bezit van tien jaren.


2.


Lid 1 geldt niet voor roerende zaken die krachtens de Wet tot
behoud van cultuurbezit als beschermd voorwerp zijn aangewezen of deel
uitmaken van een openbare collectie of van een inventarislijst als
bedoeld in artikel 14a, tweede lid, van die wet, mits het bezit na die
aanwijzing of gedurende dit deel uitmaken is begonnen.


Artikel 306, BW3, Boek 3, Titel 11
Indien de wet niet anders bepaalt, verjaart een rechtsvordering door verloop van twintig jaren.



Nou, duidelijk dus [img]smileys/smiley5.gif[/img]

Gelieve Inloggen om deel te nemen aan het gesprek.

Lees meer
23 mrt 2006 11:05 #7 door M.Wetters
Beantwoord door M.Wetters in topic verjaring
Grond is geen roerende zaak. 20 jaar dan?


Verder heb ik niet al die wetsteksten gelezen, maar ik meen te weten dat de gemeente je niet kan dwingen zolang jouw afscheiding het stuk van de gemeente niet bij jouw erf trekt. Als dat wel zo is, dan weet ik het niet en ligt de sleutel vermoedelijk ergens in de hierboven genoemde wettelijke abacadabra.


Tip: bij Vraag en Beantwoord van Kassa zitten ook flink wat juristen met tijd over.

An error has occurred. Hit any user to continue.

Gelieve Inloggen om deel te nemen aan het gesprek.

  • willem.s
  • Onderwerp Auteur
  • Bezoeker
  • Bezoeker
23 mrt 2006 16:16 #8 door willem.s
Beantwoord door willem.s in topic verjaring
Goed idee; ga ik proberen.


thxs [img]smileys/smiley31.gif[/img]

Gelieve Inloggen om deel te nemen aan het gesprek.

  • willem.s
  • Onderwerp Auteur
  • Bezoeker
  • Bezoeker
23 mrt 2006 17:09 #9 door willem.s
Beantwoord door willem.s in topic verjaring
Ik heb een topic bij Radar geplaatst.....


wordt vervolgd.....

Gelieve Inloggen om deel te nemen aan het gesprek.

  • H@NS
  • Bezoeker
  • Bezoeker
24 mrt 2006 07:35 #10 door H@NS
Beantwoord door H@NS in topic verjaring
Volgens mij zit er geen verjaring op eigendom van grond! wel op bijv. illegale bouwsels.
Wat je volgens mij gewoon kunt doen is de grond "teruggeven" aan de gemeente en over de gebruiksperiode huur betalen tegen billijk tarief.
'Ze kunnen je niet verplichten tot koop van iets wat jij jezelf niet hebt toegeëigend.

bij
bijl
bijt
Bewerken
Alles negeren
Toevoegen aan woordenboekillegale
illegaal
illegaler
alliage
legale
Bewerken
Terugzetten naar "illigale"(Geen suggesties)
Bewerken
Alles negeren
Toevoegen aan woordenboekbil ijk
bil-ijk
billijk
blijk
billijke
Bewerken
Terugzetten naar "bilijk"toegediend
geëigend
toe-eigende
toegediende
geëigende
Bewerken
Terugzetten naar "toegeeigend"

Gelieve Inloggen om deel te nemen aan het gesprek.

Tijd voor maken pagina: 0.254 seconden