Jamaica: land van woud en water
Als je aan Jamaica denkt, denk je al snel aan reggae, joints, rasta en rum. Op dit eiland van woud en water is het altijd lekker warm. Dé ideale plek voor een relaxte zonvakantie dus.
Jamaica ligt midden in het Caribisch gebied onder Cuba en naast Haïti. Omdat het eiland geen seizoenen kent, is het eigenlijk altijd warm. In de zomer is het gemiddeld 28 graden, en in de winter is dat slechts drie graden minder. Wel is er in Jamaica van mei tot en met november een regenseizoen. Vooral aan de oostkust kun je daar mee te maken krijgen. Er valt dan in een heel korte tijd ineens heel veel regen. Maar omdat het ook dan nog steeds lekker warm is, kun je ook in deze regenperiode goed van de zon genieten.
Kolonie
De oorspronkelijke bewoners van Jamaica waren de Arawak-indianen. Zij noemden het eiland Xaymaca, wat land van woud en water betekent. Het eiland heette zo, totdat het in 1494 ontdekt werd door de Spaanse Columbus. De Spanjaarden veroverden het eiland van de Arawaks en noemden het Santiago. Maar lang duurde dat niet. In 1655 veroverden de Engelsen het eiland. De Spanjaarden vluchtten toen snel naar het dichtbij gelegen Cuba, maar lieten hun slaven achter. Die slaven wilden zich niet zomaar overgeven, dus kwamen ze in opstand. Om die opstand te sussen besloten de Engelsen een verdrag met ze te sluiten. De slaven kregen land en zelfbestuur, maar in ruil daarvoor moesten ze meehelpen om de Spanjaarden uit Jamaica te houden.
Oorspronkelijke cultuur
Nog steeds stamt het grootste deel van de bevolking van Jamaica rechtstreeks af van de slaven. Slechts 15% van de bevolking heeft gemengd bloed; dat is heel erg bijzonder. Dit heeft er ondanks de Engelse invloeden voor gezorgd dat veel van de oorspronkelijke cultuur is overgebleven. Zo is de voertaal op Jamaica Engels, maar worden er ook andere talen gesproken zoals Creools en Patois. Dat laatste is een mengsel van Engels en Creools.
Het gebruik van alcohol is ook heel normaal op Jamaica. Voordat de mannen naar hun werk gaan, drinken ze vaak om wakker te worden even een glaasje. Als je iemand op Jamaica hoort zeggen: “they are drinking two waters”, bedenk dan dat ze geen water drinken, maar rum.
Xaymaca: land van woud en water
De naam Xaymaca zegt genoeg over de natuur op het eiland. Jamaica heeft veel bossen en meer dan 120 rivieren. Veel van die rivieren kunnen zomaar onder de grond verdwijnen en ergens anders weer boven komen. Door het warme weer van Jamaica staan veel van die riviertjes 's zomers droog. Alleen de grootste rivier van Jamaica, de Black River, is dan nog goed bevaarbaar. Een andere grote rivier is de Rio Grande. Daar kun je goed op raften. De bossen vind je vooral in het bergachtige gebied van Jamaica. Door de hoogte is het daar minder warm en kunnen er goed bomen groeien. De hoogste berg van het eiland is de Blue Mountain Peak (2255 meter). Een vogel die veel in Jamaica voorkomt is de wimpelstaartkolibrie. Dit vogeltje is het op een na kleinste vogeltje van de wereld en is ook de nationale vogel van Jamaica.
Rastacultuur
Jamaica staat bekend om zijn rastacultuur, die in het begin van de jaren dertig ontstond. De Rastafaris geloven dat de voormalige Ethiopische koning Selassi de zwarte gereïncarneerde verlosser, oftewel christus, is. De Rastafaris zien Ethiopië dan ook als het spirituele thuisland van alle zwarte mensen. Aanhangers van de rastabeweging kun je heel gemakkelijk herkennen aan hun zwarte in elkaar gedraaide haren: dreadlocks. Reggae is ook iets wat echt bij Jamaica hoort. De vrolijke aanstekelijke muziek is steeds overal op het hele eiland te horen. En denk je aan reggae, dan denk je ook aan Bob Marley. Hoewel hij dood is, is zijn boodschap van muziek en vrede nog steeds springlevend.
Joints
Nu mis je nog één ding. Joints. Dat wordt ook erg vaak met Jamaica geassocieerd. Maar ondanks dat iedereen denkt dat iedereen blowt op Jamaica, is het er ten strengste verboden. Het roken of alleen maar bij je hebben van een joint is al genoeg om een erg lange gevangenisstraf krijgen.
Kingston
Jamaica heeft een aantal erg mooie steden. Zo heb je Ocho Rios, Nine Miles (geboorteplaats van Bob Marley), Port Antonio en Kingston. Deze laatste stad is de hoofdstad van Jamaica en erg mooi om te zien. Je vind er bijvoorbeeld Port Royal, dat is de schuilplaats van de 16e-eeuwse piraat Henry Morgan. Je kunt ook naar het Bob Marley museum of je gaat in Spanish Town de woningen van de Arawaks bekijken.
Kingston is een grote stad en kent veel armoede. Daarom is er ook op sommige plekken veel criminaliteit. Je kunt daarom maar beter het stadscentrum en de arme wijken mijden. Denk je erover om met de bus te gaan? Denk dan nog eens goed na. De bussen zitten doorgaans stampvol en er bestaat geen dienstregeling. Een voordeel is wel dat je Jamaica op de Jamaicaanse manier ziet. Je komt langs veel kleine dorpjes en het is een goedkope manier om te reizen.
Ook op de weg kun je te maken krijgen met deze chaos. De wegen zijn over het algemeen niet zo goed onderhouden als in Nederland en het kan dus gebeuren dat je over heel slechte wegen moet rijden. Ook moet je niet raar opkijken als je ineens letterlijk van de weg wordt afgetoeterd of als er een scheldende Jamaicaan achter je rijdt.